Vorige week heerste er stilte. Stilte in mijn hoofd. Dat kwam niet doordat er geen geluid rond me was. Integendeel. De huilende wind van de winterstormen raasde al enkele weken langs mijn oren. En op de windstille dagen zorgden de achtergrondgeluiden uit de stad waar ik middenin woon voor een constante ruis. Er was stilte door het lawaai rondom me. Ik concentreerde me op het spinnen van een blog op het web.
Als mensen stilte willen opzoeken denken ze aan een bos of de zee. Waar de natuur de menselijke geluiden opslorpt. Stilte wordt bijna als zeldzaam ervaren. Iets kostbaar. We moeten tijd en geld spenderen om stilte te kunnen ervaren, via meditatie, stilteretraites en stiltetoerisme.
Cath Luyten zocht de stilte op in haar boek Silence Please. Samen met componist-muzikant Jan Swerts en filosoof Jean Paul Van Bendegem stond ze op de planken in de theatervoorstelling rond het boek. Tijdens de voorstelling wist Jan Swerts, die zichzelf stilteambassadeur noemt, me te prikkelen met zijn verhaal. Maar pas toen ik hem op de radio honderduit hoorde vertellen besefte ik dat stilte, in zijn betekenis van “het ontbreken van geluid”, heel belangrijk kan zijn voor mensen. Maar was dat ook wat stilte voor mij betekent?
Ik deed de Stilte en Stiltebelevingstest op de website en kwam tot een resultaat met als beschrijving “Stilte is voor jou synoniem van ‘quality time’. Omgekeerd is lawaai iets wat je irriteert.”
Er zat een waarheid in. Stilte is voor mij een vorm van quality time. Eigenlijk is stil-staan een betere definitie voor mijn stilte. Stilstaan in het moment. Ik weet ondertussen al dat dit het momentum is. Bewust stilstaan bij wat ik zintuiglijk waarneem of denk. Het benaderen en overdenken vanuit mijn gevoel en gedachten.
Dat lawaai me irriteert is minder waar. Lawaai kan me in opperste concentratie brengen. Ik filter het lawaai weg waar ik op dat moment niets aan heb. Zo houd ik enkel over wat voor mij essentieel is. Stilte zorgt er dan weer voor dat mijn gedachten alle kanten opgaan. Ik zoek dus niet zo vaak die stilte van Jan op.
In de podcast Leven zonder Stress benoemt Zenmeester Ton Lathouwers stilte als iets kunstmatig. In een fijne anekdote vertelt hij hoe een monnik in het Daitoku-ji klooster hem aanspoorde om “het geluid niet in zijn oren op te vangen, maar in zijn buik”. Stilte zoek je in jezelf. Daar kon ik me ook wel in vinden.
Al enkele zondagen op rij hield de huilende wind ons gevangen in huis. Dat had vroeger meestal storm tot gevolg. Manlief zocht tijdens het weekend bewust de stilte op. Zoals in de stilte van Jan. Dochterlief werd heel onrustig van stilte in haar hoofd en creëerde allerlei prikkels om die stilte te vullen. Ik stond ertussen als golfbreker. Maar stil-staan was ik al jaren verleerd.
Omdat we vreesden voor de gevolgen als de dijken zouden breken, gingen we op zoek naar onze stilte. Zodat ieder kon gedijen op de golven in volle zee. Zonder storm. Mét Deltaplan.